Skip to main content
Hall of Fame

Wie is Hall of Fame-kandidaat Rob Rensenbrink? Een ongrijpbaar stijlicoon evenwaardig aan Johan Cruijff

Pieter Robert ‘Rob’ Rensenbrink groeide bij RSC Anderlecht uit tot een stijlvolle, maar vooral glorieuze flankspeler. Met zijn onvoorspelbare dribbels en fantastisch schot toonde hij zich minstens de evenknie van voetbalgod Johan Cruijff. Met een Gouden Schoen, twee landstitels en liefst vijf gewonnen bekerfinales mag de Nederlander zich tot de beste aanvallers ooit in het Belgisch voetbal rekenen.

Voetballen deed Rob Rensenbrink voor het eerst in 1965 op de velden van DWS Amsterdam, destijds de beste ploeg van Nederland. DWS won een jaar eerder, in 1964, de landstitel. De achttienjarige Rensenbrink stond meteen in de ploeg en ontplofte helemaal na twee seizoenen. Met tien goals in 1968 en vijftien treffers in 1969 groeide hij uit tot de belangrijkste aanvaller bij de Amsterdammers.

Die prestaties wekten de interesse van onder meer Feyenoord. De Rotterdammers zochten een opvolger voor clubicoon Coun Moulijn, die aan het einde van zijn carrière zat. Maar Rensenbrinks prijskaartje lag te hoog voor Feyenoord. Op aandringen van de Nederlandse coach Frans de Munck, durfde Club Brugge het financiële risico wel aan. En zo begon de legende van het slangenmens niet in Anderlecht, maar wel in De Klokke.

Voor Club Brugge scoorde Rensenbrink immers aan de lopende band. In 1970 raasde de blauw-zwarte trein richting bekerwinst, na een indrukwekkende 6-1 winst in de finale tegen Daring Brussel. Dit seizoen ontstond ook de bijnaam van Robbie. De Hongaarse coach Lajos Baróti van Ujpest FC noemde hem na een Europese confrontatie een slangenmens, vanwege zijn ongrijpbare dribbelvaardigheden.

Concurrentie met Raoul Lambert

Het seizoen daarop bevestigde Rensenbrink zijn status als virtuoos in de Europacup II. Na overwinningen tegen Kickers Offenbach en FC Zürich speelde blauw-zwart op Stamford Bridge tegen Chelsea FC. Pas na verlengingen moesten de Bruggelingen buigen voor de latere winnaar. Rensenbrink beëindigde zijn Europese campagne met vijf goals in tien matchen. 

De Nederlander voelde zich dus heel goed thuis in Brugge, maar op het veld stokte de machine. Het Brugse aanvalstrio Lambert-Carteus-Thio ging gretig op doel af en liet Rensenbrink letterlijk al eens links liggen. Die vervelende context verplichtte Rensenbrink tot de belangrijkste beslissing uit zijn voetbalcarrière.

Rensenbrink volgt namelijk het voorbeeld van voorzitter Constant Vanden Stock en ruilt Club Brugge voor Anderlecht. In de hoofdstad vormde hij met Jan Mulder en Paul Van Himst een uitstekende aanvalslinie. Het trio leidde RSCA richting bekerwinst in 1972 en 1973, de landstitel in 1974 en opnieuw een beker in 1975. Elk jaar turfde de dribbelaar er een trofee bij. Met zestien treffers in het seizoen 1972-1973 kroonde Rensenbrink zich tot topschutter in eerste klasse.

Ook in Anderlecht schitterde Rensenbrink Europees. In 1976 boekte paars-wit in een tot de nok gevuld Heizelstadion zijn eerste Europese triomf. Met twee goals vertolkte de onhoudbare Robbie Rensenbrink een glansrol in de finale van de Europacup. West Ham United ging met 4-2 voor de bijl en RSC Anderlecht schreef dankzij het slangenmens geschiedenis.

Beckenbauer zoek gedraaid

Enkele maanden later draaide Rensenbrink tijdens de UEFA Super Cup zijn bewakers Franz Beckenbauer en Hans-Georg Schwarzenbeck helemaal zoek. De Brusselaars verloren de heenwedstrijd met 2-1 van Bayern München, maar maakten onder impuls van een ontketende Rensenbrink in de terugwedstrijd gehakt van de ‘Rekordmeister’. Met 2 goals en 2 assists loodste de sierlijke Nederlander zijn team naar 4-1 winst. 

Zijn eerste Gouden Schoen enkele weken later was voor niemand een verrassing. Wel een verrassing was zijn tweede eindnotering in de Ballon d’Or, de prestigieuze lijst van beste voetballers in Europa volgens France Football. Rensenbrink moest enkel Franz Beckenbauer voorlaten. In de Onze d’Or, de variant van Onze Mondial, spande hij wel de kroon.

‘Broer’ van Cruijff

In die succesjaren kwamen de gelijkenissen met icoon Johan Cruijff uit alle hoeken. Er was uiteraard het fysieke plaatje: landgenoten Cruijff en Rensenbrink leken wel broers. Maar qua karakter lagen de twee ver uit elkaar. Cruijff zocht de schijnwerpers op terwijl Rensenbrink net de media-aandacht ontvluchtte. Op het veld voelde ‘het slangenmens’ zich naast Cruijff nooit echt goed in zijn vel. De spits van Ajax en Barcelona eiste voortdurend de bal op. 

Na de Wereldbeker in 1974 taande de ster van Cruijff. Rensenbrink nam de fakkel onverbiddelijk over en toonde zijn klasseflitsen wedstrijd na wedstrijd. Het slangenmens bracht Oranje in 1978 voor de tweede keer op rij in de WK-finale, waarin hij op een haar na eeuwige roem miste. In blessuretijd trof Rensenbrink bij 1-1 de paal. Rensenbrink is tot vandaag naast landgenoot Arie Haan de enige die als voetballer in de Belgische eerste klasse de finale van een Wereldbeker speelde. Hij is de enige die dat twee keer deed.

Europees bisnummer: goal en assist tegen Liverpool

De honger van Paars-Wit en de Nederlander waren nog niet gestild. In 1978 bereikte RSCA onder de iconische trainer Raymond Goethals opnieuw de finale van de Europacup II. Austria Wien werd met een droge 4-0 afgemaakt. In de UEFA Super Cup wachtte Liverpool. Rensenbrink leidde de dans met een goal en een assist: 3-1. Goethals liet na de prestatie van zijn Nederlander de volgende legendarische uitspraak optekenen: "Voor galawedstrijden trok Robbie zijn smoking aan". De tweede opeenvolgende Europese bekerwinst was een feit. Dat jaar pronkte Rensenbrink opnieuw op het podium van de Ballon d’Or.

Een jaar later verliet de Amsterdammer Anderlecht voor een Amerikaans avontuur. Via tweedeklasser Toulouse FC beëindigde Rensenbrink zijn indrukwekkende carrière na een aanslepende blessure. In België zal Rob Rensenbrink altijd herdacht worden als een van de meest begaafde spelers ooit die in al zijn bescheidenheid toch de basis heeft gelegd voor de herkenbare, technische voetbalstijl van RSC Anderlecht en Neerpede.

Op 24 januari 2020 overleed Rob Rensenbrink op 72-jarige leeftijd aan de gevolgen van de spierziekte PSMA. 

Erelijst Rob Rensenbrink

Club

  • Kampioen van België: 1972 & 1974

  • Beker van België: 1970, 1972, 1973, 1975 & 1976

  • Europacup II: 1976 & 1978

  • Europese Supercup: 1976 & 1978

Individueel 

  • Topschutter 1973 eerste klasse België

  • Gouden Schoen: 1976

  • Ballon d’Or: tweede in 1976 & derde in 1978

  • Onze d’Or: eerste in 1976